Woordsoorten
De kinderen werken per twee. De ene leerling leest hardop telkens woorden van op een opdrachtkaart, de andere leerling benoemt de woordsoort door middel van een vooraf afgesproken beweging. Wanneer de opdrachtkaart voltooid is, worden de rollen omgewisseld. Wie kan de meeste kaarten correct en bewegend oplossen?